Golven waarom komt de wind – Elisabeth Keesing
Wie zich verdiept in leven en werk van Hazrat Inayat Khan, musicus, zwerver en mysticus, zal een aantal cliché-opvattingen moeten herzien. Hij zelf kwam met veel cliché-opvattingen in botsing, zowel in zijn geboorteland India, waar een starre scheiding tussen kasten, godsdiensten en volken bestond, als later in het Westen met de aldaar gangbare scheiding tussen rationalisme, kerken en naties. Al voor zijn training als mysticus trachtte Inayat Khan in India de door Moslims beïnvloede en de zuiver Hindoese cultuur met elkaar in harmonie te brengen. In het Westen was hij een van de eersten die aan deze culturen bekendheid gaf. Maar zijn grootste betekenis bleek tenslotte toen hij aan de westerse behoefte tot godsdienstvernieuwing de weg wees. Golven, waarom komt de wind is het historisch gedocumenteerde verhaal van zijn ontwikkeling van overenergieke jongeman tot rustige wijze ; van zijn leertijd en zwerftochten in India — op de grens van twee tijden; van zijn leven tussen Europese kunstenaars in het fin de siècle van vóór de Eerste Wereldoorlog; van zijn steeds groeiend inzicht in wat de mensen nodig hadden en het steeds meer bewonderd en minder begrepen worden aan het eind van zijn leven.
Hij was tegelijk een Indiër die van zijn land hield, en een mysticus die boven alles uit kon rijzen maar met ieder mens op diens niveau contact had. Hij stierf in 1927, maar de nieuwe mogelijkheden die hij aantoonde, voor India en de rest van de wereld, beginnen nu pas nagestreefd te worden : een niet-autoritair geloof, de oecumene, samenwerking tussen de volken, mystiek zonder aanstellerij en een tegenwicht tegen de technocratie.
Elisabeth de Jong-Keesing (dr. E. E. van Tricht-Keesing) publiceert sinds 1950 literair en historisch werk. Haar bekendste boeken zijn De talenman, boekenweekgeschenk 1960, het reisverhaal Van Amstel tot Jangtse en de romans Wennen aan de wereld, De blinde spinners en Men zoekt nog steeds.
Omslag: Wim Bischot ISBN 90 214 2745